Middenbeemster – De woning aan het Groenveld in de Middenbeemster die burgemeester Selm op 17 april heeft gesloten, lijkt een centrale rol te hebben in de explosie van geweld die Purmerend teisterde.

De woning werd op last van de gemeente gesloten na een schietincident en een daaropvolgende brand. De sluiting, die tot zeventien juni 2023 geldt, werd opgelegd vanwege de reële dreiging die uitging van de incidenten. Dit blijkt uit rechtbank dossiers die gisteren gepubliceerd zijn, meldt Regio Purmerend. De bewoonster stapte eind april naar de rechter nadat burgemeester Selm het besluit nam tot sluiting van de woning. De bewoonster had bezwaar gemaakt tegen de sluiting van de woning en verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat ze kon terugkeren naar haar woning.

Centrale positie

“Zoals in de aanvullende bestuurlijke rapportage van 25 april 2023 door de politie is vermeld, lijkt de woning een centrale positie te hebben in de explosie van geweld die heeft plaatsgevonden in Purmerend. Daarbij heeft de politie aangegeven dat de maatschappelijke onrust in de wijk na sluiting van de woning wel wat is afgenomen, maar ook dat voorkomen moet worden dat de onrust weer zal oplaaien en dat de buurtbewoners zich weer onveilig voelen.”, zo staat te lezen in het dossier.

“Daarbij heeft de politie aangegeven dat het onderzoek naar de incidenten nog gaande is en dat in het kader daarvan een van de zonen van verzoekster is aangehouden.”

De 20-jarige Purmerender werd op 15 april aangehouden. Op 20 april is een man zonder vaste woon- of verblijfplaats aangehouden. De onderzoeken naar de incidenten loopt nog.

Sluiting woning blijft gehandhaafd

De stelling van de bewoonster dat de sluiting voor de duur van twee maanden haar zo zwaar raakt dat de sluiting disproportioneel is, volgde de voorzieningenrechter niet. De bewoonster heeft aangegeven dat ze onder meer vanwege chronische ziekte niet in de opvang van de gemeente kan verblijven, en noodgedwongen in haar auto slaapt.

De voorzieningenrechter ziet dat de gevolgen van de woningsluiting voor de bewoonster ingrijpend zijn. Tegelijkertijd geldt dat er nog geen aanwijzingen zijn die er op duiden dat er nu of binnen twee maanden na 17 april niet langer meer hoeft te worden gevreesd voor de veiligheid van bewoners en omwonenden van de woning.

Dat de burgemeester bij de sluiting van de woning van bewoonster het belang van het wegnemen van de ontstane maatschappelijke onrust en het belang van de veiligheid van de bewoners en omwonenden van de woning zwaarder heeft laten wegen dan het belang van verzoekster bij de voortzetting van de bewoning van haar woning, vindt de voorzieningenrechter op dit moment dan ook niet onredelijk.

(Bron: NH Nieuws – Regio Purmerend)